Deze studie is een deel van de studie ‘De terugkomst van Christus‘.
Het geeft echter een complete uitleg van Mattheüs 24:27 waar staat:
Mattheüs 24:27 (HSV)
Zoals de bliksem vanuit het oosten komt en zichtbaar is tot in het westen,
zo zal ook de komst van de Zoon des mensen zijn.
Met deze video wil ik je niet overtuigen. Dat is niet aan mij, dat doet de Heilige Geest.
Wel wil ik je aanmoedigen om zelf de Bijbel hierover te bestuderen in een diepe relatie met de Heilige Geest.
Ik bid dat je oren zult hebben om te horen wat Hij tegen je zegt en dat je durft aan te nemen dat sommige dingen anders zouden kunnen zijn dan wat je altijd hebt geleerd en geloofd.
Het woord dat in Mattheüs 24:27 wordt gebruikt voor komst is het woord Parousia.
Het is afgeleid van het werkwoord paremi.
Hoewel het vaak vertaald wordt met komen of komende, duidt het niet op de komst van iemand,
maar op iemand die er al is.
Een betere vertaling is dan ook aanwezigheid.
De letterlijke vertaling van Parousia (παρουσια) is aanwezigheid.
Het woord wordt 24 keer in het nieuwe testament gebruikt, onder andere in deze bekende tekst in Mattheüs 24:
Mattheüs 24:27 (HSV)
Zoals de bliksem vanuit het oosten komt en zichtbaar is tot in het westen,
zo zal ook de komst (Parousia ➡ aanwezigheid) van de Zoon des mensen zijn.
De vertaling van deze tekst doet vermoeden, dat de Heer onverwachts komt, plotseling, als in een bliksemflits van oost naar west.
Het hier gebruikte Griekse woord voor komst is parousia. Het duidt niet op een plotselinge komst, maar op een komende zijn, een groeiend aanwezig zijn.
Het woord dat met bliksem is vertaald is het Griekse woord astrape. Dat betekent niet bliksem, maar helder licht.
In Lucas 11 is het vertaald met schijnsel.
Lukas 11:36 (HSV)
…als wanneer de lamp het met zijn schijnsel (astrape) verlicht.
Welk helder licht komt altijd van het oosten en schijnt tot het westen?
De bliksem?
Nee! Het is de zon, het licht van de dag!
De weg van de zon is altijd van oost naar west, overal op aarde.
Zo is ook de komst van het waarachtige Licht en daarom ook de geestelijke weg van de mens die niet zichzelf probeert te rechtvaardigen, maar de rechtvaardigheid, de genade, van God aanneemt.
Spreuken 4:18 (HSV)
Het pad van rechtvaardigen is als een schijnend licht,
dat gaandeweg helderder gaat schijnen
tot het volledig dag is geworden.
Een juiste weergave van Mattheüs 24:27 zou daarom zijn:
Mattheüs 24:27
Zoals de zon vanuit het oosten opkomt en zichtbaar is tot in het westen,
zo is ook de aanwezigheid van de Zoon des mensen.
Als Jezus als het Ware Licht in jou kan opkomen, dan gaat Hij steeds helderder in je schijnen.
Dan ervaren we steeds meer genezing onder Zijn vleugels en groeien we in alle opzichten naar Hem toe (Mal.4:2, Ef.4:15).
Zo zal het vergankelijke met onvergankelijkheid bekleed worden en het sterfelijke met onsterfelijkheid (1Cor.15:51-53).
En zo wordt onze innerlijke mens van dag tot dag steeds nieuwer (2Cor.4:16, Ef.4:24).
De komst van de zoon des mensen is dus niet als een bliksemschicht, maar als een opgaande zon.
Hij komt voor de kinderen van het licht juist niet plotseling (1Thes.5:1-6).
Als Hij opgaat in ons hart, worden wij veranderd naar Zijn beeld van heerlijkheid tot steeds grotere heerlijkheid (2Cor.3:18).
Wanneer je Mattheüs 24:27 nooit eerder op deze manier hebt gelezen, kan dit best een schok voor je zijn
en zou je ervoor kunnen kiezen om je hart hiervoor te sluiten en te zeggen dat het niet waar is.
Ik wil je echter vragen en aanmoedigen zelf te onderzoeken of het klopt wat ik hier laat zien.
Tegelijkertijd is het dus erg belangrijk te onderzoeken of het klopt wat anderen,
op Bijbelstudies, in video’s of in de kerk, jou hebben geleerd.
Ik bid dat je in een diepe relatie met God Zijn stem zal verstaan,
zodat Hij je kan leiden op de zoektocht naar de Waarheid.
De weg van de zon is altijd van oost naar west, overal op aarde.
Gaan we met het Licht mee, van oost naar west, dan bewandelen we in gehoorzaamheid de heilige, smalle, opgaande weg ten leven.
Gaan we tegen het Licht in, van west naar oost, dan zijn we op de weg van het ongehoorzame vlees, van je eigen ik.
Je ziet dit door heel de Bijbel heen terugkomen, zelfs al bij Adam en Eva (Gen. 3:24), maar nog duidelijker bij Kaïn en Abel. Kaïn slaat zijn broer Abel dood.
Genesis 4:16
Toen ging Kaïn weg van het aangezicht van de HEERE;
en hij woonde in het land Nod, ten oosten van Eden
en hij bouwde daar een stad.
Kaïn trok naar het oosten.
Hij ging zijn eigen weg, tegen het Licht in, steeds verder weg van de zegenende aanwezigheid van God.
Nod betekent dwalen.
Het leven van Kaïn werd één grote omzwerving.
In dat land van dwaling bouwt hij een stad.
Het Hebreeuwse woord voor stad is ir.
Het is afgeleid van een werkwoord dat (be)waken betekent.
Kaïn moest zichzelf zien te beschermen, want hij was van God, de beschermer afgedwaald.
Niet veel later zien we hetzelfde bij Nimrod en bij Babel gebeuren, maar ook bij talloze anderen tot op de dag van vandaag.
Judas 1:11 (HSV)
Wee hun, want zij zijn de weg van Kaïn ingeslagen.
Het is de weg van west naar oost, tegen het licht in.
Het is de weg….
Efeze 2:2 (HSV)
….overeenkomstig de leefwijze van deze wereld,
overeenkomstig de wil van de aanvoerder van de macht in de lucht,
van de geest die nu werkzaam is in de kinderen van de ongehoorzaamheid.
Ook vandaag de dag bouwen wij geestelijke ommuurde steden voor onszelf.
Je kunt daar heel godsdienstig zijn en toch de aanwezigheid van God niet ervaren.
Het zijn steden van religie, maar de relatie met onze hemelse Vader ontbreekt er.
Als je de Weg van Jezus volgt dan zal het licht van Christus als de zon in jou opkomen.
Mattheüs 24:27
Want zoals de zon vanuit het oosten opkomt en zichtbaar is tot in het westen,
zo is ook de aanwezigheid van de Zoon des mensen.
1 Petrus 2:5 (HSV)
Dan wordt je ook zelf, als levende stenen, gebouwd tot een geestelijk huis.
Dit geestelijk huis, waar jij en God samen in wonen, staat dan in de stad die je niet zelf hebt gebouwd,
maar die door God is gebouwd ➡ het Nieuwe Jeruzalem.
Adam en Eva gingen vanuit het paradijs van het westen naar het oosten.
Ook Kaïn trok van west naar oost.
Maar Abram reisde van oost naar west, met het Licht mee, naar het beloofde land.
Genesis 12:7-8 (HSV)
Toen verscheen de HEERE aan Abram en zei: Aan uw nageslacht zal Ik dit land geven.
Vandaar brak hij op naar het bergland ten oosten van Bethel en zette zijn tent op tussen Bethel in het westen en Ai in het oosten.
Abram zette zijn tent op met Bethel naar het westen en Ai naar het oosten.
Bethel betekent huis van God
Ai betekent ruïnehoop
Abram keerde zich naar het huis van God en keerde Ai de rug toe, de ruïne van de stad in het oosten die hij uit kracht van het vlees had gebouwd.
De tabernakel in de woestijn en later de tempel in Jeruzalem werden ook op een specifieke manier neergezet. Ze waren gebouwd met de ingang aan de oostzijde (Ex.27:13-16, Ez.8:16).
De enige weg, om het heiligdom binnen te gaan,
was van oost naar west, met het Licht mee.
Die weg is een weg van geestelijke groei; van buiten Gods Huis, onwetend en verduisterd in ons denken, tot in het heilige der heilige, de hemel, waar de troon van God staat.
Bij de geboorte van Jezus zien we een aantal wijzen van het oosten naar het westen trekken. Ze trokken net als Abram naar het westen, met de zon mee en vroegen toen ze in Jeruzalem waren aangekomen:
Mattheüs 2:2 (HSV)
Waar is de Koning van de Joden die geboren is?
Want wij hebben Zijn ster in het oosten gezien
en zijn gekomen om Hem te aanbidden.
De wijzen hadden aardse wijsheid opgedaan in het oosten, maar ze keerden die menselijke wijsheid de rug toe en gingen op weg naar….
1 Korinthe 1:24 (HSV)
Christus; de kracht van God en de wijsheid van God.
En jij?
Ga je mee van oost naar west, Gods Geest volgend om de Koning te ontmoeten in de geest, om Hem te aanbidden?
Ben je net zo blij verrast met het verschijnen van de koningsster in je leven?
Ben je bereid om alle aardse wijsheid achter je te laten om Hem te leren kennen,
zodat je straks, of misschien nu al, kunt zeggen:
Filippenzen 3:8-9 (NBV)
Omwille van Hem heb ik alles prijsgegeven;
ik heb alles als afval weggegooid.
Ik wilde Christus winnen en één met Hem zijn!
De Heer Jezus zei, dat Zijn komst, Zijn parousia, Zijn aanwezigheid, zou zijn als een helder licht, dat zou schijnen van oost naar west.
God zegt tegen jou:
Maleachi 4:2 (NBV)
Als je ontzag hebt voor Mijn Naam zal de zon stralend opgaan,
de zon die gerechtigheid brengt en genezing in haar vleugels draagt.
Jesaja 60:1 (HSV)
Sta op, word verlicht, want uw licht komt en de heerlijkheid van de HEERE gaat over u op.
Want zie, de duisternis zal de aarde bedekken en donkere wolken de volken,
maar over u zal de HEERE opgaan en Zijn heerlijkheid zal over u gezien worden.
Zijn komst van oost naar west is een proces in het verborgene, binnenin jou.
Maar het Licht van die nieuwe dag zal niet verborgen blijven (Mat.5:14).
De komst van Zijn licht zal in alle heerlijkheid gezien worden. Het schijnt nu al in ons (1Joh.2:8).
De dag van de Heer is al aangebroken!
En op de grote dag van de Heer zal het overal geopenbaard en gezien worden (Op.21:24).
Het zal uiteindelijk ieder mens verlichten (Joh.1:9).
Numeri 14:21 (HSV)
De hele aarde zal met de heerlijkheid van de HEERE vervuld worden!
Volg Jezus op het pad naar de heerlijkheid van God.
Spreuken 4:18 (HSV)
Het pad van rechtvaardigen is als een schijnend licht,
dat gaandeweg helderder gaat schijnen tot het volledig dag is geworden.
Mattheüs 24:27
Zoals het licht vanuit het oosten komt en zichtbaar is tot in het westen,
zo zal ook de komst van de Zoon des mensen zijn!
